Links bovenaan vinden we de tijdcode (1). Deze vermeldt de plaats in tijd waar de tijdindicator (2) op dat moment staat.
Dubbelklik je deze tijdcode opent een venster waar we de tijd manueel kunnen instellen voor de tijdindicator. De huidige tijd vermeldt de uren : minuten : seconden : frames.
Dus wijzig je in dit venster bv de laatste twee cijfers, welke voor de frames zijn. En je klikt de OK knop, dan zal de tijdindicator zich verplaatsen naar dat frame.
En bovenaan het hebben we nog de knoppen "Begin werkgebied" en "Einde werkgebied" (3).
Met deze bepalen we de duur van de animatie die we later gaan exporteren.
Elke laag in onze afbeelding heeft zijn eigen tijdlijn (4). Voor elke laag hebben we drie animatie-opties. Namelijk "Positie", "Dekking" en "Stijl". Voor elk van deze animatie-opties staat een "Stopwatch-icoontje". Wanneer dit niet is ingedrukt, dan betekent dit dat deze optie niet wijzigt, en dus ook niet animeert.
Door het toevoegen van keyframes (5) op de tijdlijn brengen we animatie in ons bestand. Maar hierover later meer.
Dan hebben we nog die verschillende groene tinten in de tijdlijn, namelijk donkergroen (6) en lichtgroen (7).
Donkergroen betekent dat het object zichtbaar is in de animatie, lichtgroen dat het niet zichtbaar is.
En onderaan vinden we nog de knoppen waarmee we kunnen navigeren in de tijdlijn (8). En een schuifbalk waarmee we kunnen inzoomen op de tijdlijn.
Nog even ter informatie:
Die kleine blauwe blokjes die je ziet bovenaan de tijdlijn (A), dit zijn de frames die reeds opgeslagen zijn in het geheugen van je computer.
Dus is deze onderbroken, dan betekent dit dat de animatie niet vloeiend zal verlopen. |